Analyse van het Wisselsprintcriterium Pepermans
Reporter: Goedemorgen Sam, al een beetje bekomen van een dag Wezenbergzwembad in Antwerpen?
SAM : Al een beetje, het was een vermoeide wedstrijd. Met het olympische bad, maar ook het trainingsbad ter onze beschikking waren de omstandigheden optimaal om op te warmen en uit te zwemmen. Het erg grote aantal aanwezige zwemmers zorgde er wel voor dat de wedstrijd wat vertraging opliep, toch iets waar hopelijk wat meer aandacht aan wordt gegeven volgend jaar.
Reporter: En waren de verwachtingen hoog gespannen voor de wedstrijd?
SAM: Ik denk dat de zwemmers gebrand waren op goede prestaties in het zwembad waar ze de komende weken met de Flanders Swimming Cup, het Vlaamse Jeugdkampioenschap en de Vlaamse kampioenschappen opnieuw uitkomen.
Reporter: En bij jou?
SAM: Uiteraard hoop ik telkens opnieuw dat er goed gezwommen wordt. Als trainer maak je natuurlijk meteen de nodige kanttekeningen. De zwemmers komen uit op de 4 verschillende slagen, wat niet alledaags is. Hierdoor staan soms relatief oude besttijden genoteerd waardoor het net iets makkelijker wordt om deze te verbeteren. Ook de trainingsarbeid tijdens de kerstperiode (meer dan 20 trainingseenheden) kan doorwegen en laat pure snelheid nu net het eerste zijn waar je op verliest tijdens zware weken.
Reporter: Waar lag de focus dan bij de wedstrijd, op basis van je vorige antwoord vermoed ik dat we nog geen razend snelle tijden mochten verwachten?
SAM: De doelstelling was in de eerste plaats te kijken of de technische scholing van de afgelopen maanden, zijn vruchten heeft afgeworpen. Een goede start, de onderwaterkicks, de stijlwijzigingen… waren voor mij criteria waarop ik mijn analyse heb gebaseerd. De atleten zijn nog relatief jong dus is het één van mijn prioriteiten als trainer om de tijd te nemen de verschillende stijlen en disciplines te verbeteren. Wanneer je te vroeg gaat focussen op 1 slag of 1 afstand, kom je met je rug tegen de muur te staan wanneer het eventjes wat minder gaat. Ook voor de algemene ontwikkeling van tieners in hun sport vind ik het belangrijk om te blijven werken aan alle slagen, ook de mindere.
Reporter: En bij je tevreden?
SAM: Ik vind van wel, de zwemmers hebben hun taken goed uitgevoerd en vooral de start, meer specifiek het gedeelte onder water, was opvallend. En gelukkig maar, elke dag opnieuw moeten de zwemmers hieraan werken op training. Het zou jammer zijn voor hen als hierin geen verbeteringen merkbaar zijn.
Reporter: Zwemmen draait natuurlijk rond tijden, met enkel mooi kom je nergens. Hoe was daar het verdict?
SAM: Met 13 op 16 qua besttijden werd er verrassend goed gescoord, wat nog maar eens het bewijs is dat technische scholing één van de sleutels is tot mooie tijden. Dit wil echter niet zeggen dat we na de wedstrijden in Sint-Niklaas en Antwerpen mogen dromen, de kleinste fouten worden in zwemmen genadeloos afgestraft en er komt meestal pas een herkansing enkele maanden later.
Reporter: Wat bedoel je met dat laatste?
SAM: In de trainingsopbouw van de atleten wordt toegewerkt naar een piekmoment, bij ons zijn dat de Vlaamse jeugdkampioenschappen (voor Robin) en de Vlaamse kampioenschappen (voor Jan, , Margaux en Jonas). Dit wil zeggen dat er nog enkele weken moet gewerkt worden en nadien volgt de taper. Je snelheid aanscherpen in de laatste weken, de trainingsarbeid afbouwen om uitgerust te geraken… gaan jammer genoeg samen met kwetsbaar zijn voor gezondheidsperikelen doordat je je lichaam aanscherpt. Een goede verzorging in de laatste weken is nog meer dan anders, heel belangrijk.
Reporter: Mutsen en een sjaal bij dit weer zijn dan ook geen overbodige luxe!
SAM: Absoluut niet, rust en verzorging zijn even belangrijk als aanwezigheid en intensiteit op training. Laat ons ook realistisch blijven, de mooie resultaten op de laatste wedstrijden willen nog niets zeggen.
Reporter: Om af te sluiten en in afwachting van de kampioenschappen, ben je tevreden over de nieuwe clubwerking?
SAM: Vanuit sportief oogpunt, ben ik heel tevreden. De resultaten zijn optimaal en het beleid dat gevoerd wordt staat in teken van de atleten. Op bestuurlijk vlak is er ook veel gerealiseerd, ik denk hierbij in de eerste plaats aan een performant financieel beleid, de administratieve opvolging en productieve samenwerkingen met andere partijen. Als trainer wil je natuurlijk telkens opnieuw meer voor je zwemmers, maar mij hoor je alvast niet klagen en ik hoop dat de lijn verder getrokken wordt.
Reporter: Bedankt. Alvast veel succes in 2017 en hopelijk worden we verrast door onze zwemmers op de kampioenschappen en op de andere wedstrijden dit jaar!